We kennen allemaal het mondgevoel strak en filmend, waarbij krokant onder het kopje strak hoort. Bijvoorbeeld een portie chips. Onlangs in Aken geweest en daar is men gek op het mondgevoel “taai”. Denk hierbij niet aan taai vlees, waar je alleen nog met een cirkelzaag door kan komen.

Taai kan namelijk ook heel positief zijn. Denk maar eens aan een bitterkoekje. Als dit niet taai is, dan is het vaak oudbakken, verkeerd bewaard of verkeerd bereid. Ook sommige schuimkoekjes worden alleen gewaardeerd als ze een taaie kern hebben. En natuurlijk de bekende noga, als die niet taai is, dan is het geen lekkere noga.
Aken heeft een bekende specialiteit en die heet “Aachner Printe”. Dit is een soort taai taai, wat wij overigens alleen met Sinterklaas eten, maar hier wordt dit het hele jaar door gegeten. Er worden niet zozeer poppen van gemaakt, zoals vaak bij ons het geval is, maar veelal rechthoekige stukken, al dan niet belegd met amandelen, hazelnoten of overtrokken met glazuur of chocolade.
Meer dan 4.500 ton Printen worden jaarlijks in Akense bedrijven en bakkerijen vervaardigd en een niet onaanzienlijk deel daarvan verspreidt de naam van de keizerstad over de hele wereld in kerst- en andere pakjes, als kleinigheid in de bagage, als souvenir of presentje. Toen meer dan driehonderd vijftig jaar geleden bronsgieters uit het Belgische Dinant de broodvorm mee naar Aken brachten, hadden ze zich waarschijnlijk nauwelijks kunnen voorstellen, dat ze daarmee de basis legden voor de wereldberoemde Akense specialiteit.
Het hele Akense bakkersgilde ontplooide meteen een koortsachtige bedrijvigheid en de bakkers kenden geen rust voordat ze achter het recept voor de lekkernij waren gekomen. De oer Printe had – louter uitwendig – onmiskenbare overeenkomsten met de huidige speculaas, maar toen werden in de onbewerkte, smeuïge Printenmassa modellen, houten of in filigraan uitgewerkte vormen gedrukt, die het deeg in de vorm van kunstrijke figuren, patronen, motieven brachten. Van het drukken, het “Prenten”, zou het gebak uiteindelijk ook zijn naam hebben gekregen.
Daarna kwam Napoleon en met hem het continentaal stelsel. Afgesneden van rietsuiker en Amerikaanse wilde honing, zagen de Printenbakkers zich genoodzaakt te improviseren met bietsuiker en siroop. Dit gaf een grover, taaier en moeilijk vormbaar deeg, dat was het begin van de platte, slanke, gesneden Printe. Deze “noodoplossing”, toegeschreven aan meester-bakker Henry, was optisch zonder twijfel onooglijker dan haar voorganger, en toch zou dit de Printe van de toekomst worden. Want ze bood het voordeel van probleemloze fabrieksvervaardiging en was bovendien veel beter geschikt voor verzending en dus ook voor het ontsluiten van nieuwe Printen-markten. Of het een lekkernij is? Dat is heel persoonlijk, je moet van taai taai houden en de bijbehorende anijssmaak waarderen.
In Nederland zie je soms op braderieën of kermissen de zogenaamde “Lebkuchen”. Dit is min of meer hetzelfde product als de Printe, maar dan vaak in hartvorm gebakken. Voorzien van kleurige decoraties met teksten zoals “Ich liebe dich”. Ben je toch toevallig in Aken? Het is maar even over de grens, dus probeer het dan gewoon eens. Voor het geld hoef je het niet te laten.
Martin de Baat
Geef een reactie